Welk type kunstgras past bij jouw tuin?

Kunstgras is allang niet meer alleen iets voor voetbalvelden of balkonnetjes. De keuze aan soorten en stijlen is de afgelopen jaren flink gegroeid, waardoor je als consument meer te kiezen hebt dan ooit. Dat is goed nieuws, maar het maakt het ook lastiger om in één keer de juiste soort te kiezen. Want hoe weet je welk kunstgras nu echt past bij jouw situatie – en niet alleen mooi oogt op een staal?

Afhankelijk van hoe je de tuin gebruikt, heb je heel andere eisen. Een tuin met spelende kinderen vraagt om steviger kunstgras dan een siertuin die je vooral vanaf het terras bewondert. Ook huisdieren, zonligging en onderhoudsvoorkeuren spelen een rol. En dan heb je nog de keuze in vezellengte, kleurcombinatie en onderlaag. Wie niet weet waar hij op moet letten, loopt het risico kunstgras te kopen dat er na een jaar al flets of plat uitziet.

Voor kinderen en actief gebruik: kies voor stevig en veerkrachtig

Als de tuin vooral een speelplek is, dan moet het kunstgras daar tegen bestand zijn. Lange vezels van 40 mm of meer ogen weliswaar natuurlijk, maar ze zijn minder geschikt voor intensief gebruik. Na een paar weken voetballen of ravotten kunnen de sprieten plat gaan liggen en hun veerkracht verliezen. Voor gezinnen met jonge kinderen is een kortere vezellengte van 30–35 mm vaak een betere keuze: net lang genoeg voor een natuurlijke look, maar stevig genoeg om overeind te blijven.

Daarnaast is het goed om op de structuur van de vezels te letten. Kunstgras met een zogenaamde C-shape of S-shape vezel behoudt beter zijn vorm, ook na veel belasting. Let ook op de aanwezigheid van een mosdraad: die zorgt voor extra vulling aan de basis van het gras, waardoor het minder snel plat loopt en zachter aanvoelt. Vooral op plekken waar kinderen vaak kruipen of vallen, is dat een pluspunt.

Siertuin of onderhoudsarme voortuin: ga voor uitstraling

Gebruik je de tuin vooral als visitekaartje of kijk je er vooral naar vanuit huis, dan kun je beter focussen op uitstraling. Er zijn tegenwoordig kunstgrassen verkrijgbaar in combinaties van donkergroen, olijfgroen en zelfs een tintje bruin. Die mix zorgt ervoor dat het gras realistischer oogt, zeker van een afstand. Voor een siertuin is een langere vezel – bijvoorbeeld 42 mm – juist wél een goede keuze, omdat die het uiterlijk van net gemaaid natuurgras nabootst.

Let bij siertuinen ook op de dichtheid van het gras. Hoe meer vezels per vierkante meter, hoe voller het eindresultaat. Dat is niet alleen mooier, maar zorgt er ook voor dat je minder snel de ondergrond ziet. Voor voortuinen die vooral een nette indruk moeten maken zonder veel onderhoud, is dit type kunstgras ideaal. Je hoeft er niets aan te doen, maar het ligt er altijd strak bij.

Met huisdieren: let op drainage en schoonmaakgemak

Honden en katten stellen hun eigen eisen aan kunstgras. Het moet niet alleen comfortabel liggen, maar ook makkelijk schoon te houden zijn. Kies in dat geval voor kunstgras met goede waterdoorlatendheid: minimaal 60 liter per minuut per vierkante meter. Zo voorkom je dat urine blijft liggen en geurtjes ontstaan. Een backing van polyurethaan in plaats van latex is in dit geval aan te raden. Die is beter bestand tegen vocht en gaat minder snel schimmelen.

Daarnaast kun je overwegen om een korter kunstgras te nemen, bijvoorbeeld rond de 25–30 mm. Dat is makkelijker schoon te maken met een harde bezem of zelfs een stofzuiger met borstelopzetstuk. Sommige aanbieders hebben speciale ‘pet friendly’ kunstgrassen in hun assortiment – vaak wat duurder, maar wel ontworpen met dit soort situaties in gedachten. Zeker als je huisdieren vaak buiten zijn, is dat de investering waard.

Voor kleine oppervlaktes: zachte en lichte varianten

Op plekken waar je weinig ruimte hebt – denk aan een balkon, dakterras of smalle strook naast het huis – is een extra zacht kunstgras vaak prettiger. Je loopt er immers vaker op blote voeten overheen. Kies in dit geval voor een dunnere, zachtere vezelstructuur met een hoogte van 20–30 mm. Niet te hoog, zodat het niet gaat ‘omvallen’, en niet te kort zodat het niet op tapijt begint te lijken.

Omdat deze stukken vaak in de zon liggen en de wind er flink op staat, is het belangrijk dat je kunstgras kiest dat UV-bestendig is en dat niet verkleurt of uitdroogt. Vraag bij je bestelling altijd naar de uv-garantie – die varieert per fabrikant van 5 tot 15 jaar. Ook het gewicht speelt een rol: lichtere varianten zijn eenvoudiger zelf te leggen én te snijden, wat handig is als je met veel hoeken of obstakels werkt.

Budget versus luxe: wat krijg je voor je geld?

Tot slot: niet elk type kunstgras is geschikt voor elk budget. Goedkopere soorten van bouwmarkten ogen vaak plat en voelen plasticachtig aan. Dat hoeft geen probleem te zijn als je het tijdelijk gebruikt of op een plek waar niemand op loopt, maar voor een gazon waar je dagelijks op kijkt of zit is het verschil goed zichtbaar. De betere soorten beginnen rond de €30 per m² en kunnen oplopen tot €50 of meer.

Let bij je keuze dus niet alleen op de prijs per meter, maar ook op het gewicht, de dichtheid en de garantie. Sommige leveranciers bieden gratis stalen aan – die zijn ideaal om thuis te vergelijken in echt daglicht. Zo zie je meteen welke kleur het beste past bij jouw tuin, huis en wensen. En dat voorkomt dat je achteraf spijt krijgt van een te felle of juist te fletse tint.

Bron: https://www.kunstgrashuis.nl